maandag 16 december 2013

Recensie Jim Allchin - Q.E.D.


Jim Allchin draait al sinds de jaren zeventig mee in de bluesscene. Zijn vorige release, Overclocked, was een van de grote verrassingen in 2011. Deze voormalige computerprogrammeur van Microsoft is een hardwerkende bluesgitarist die graag rock ’n' roll mixed met blues en jazz. Allchin heeft nu een derde album uitgebracht onder eigen beheer: Q.E.D. (Sandy Key Music) dat zijn voorgangers op alle niveaus verbetert.
Onmiskenbaar herkennen we in veel van zijn nummers dat Jim sterk beïnvloed is door Robben Ford. Het album ademt dan ook eenzelfde soort relaxte sfeer uit en Jim evenaart het snarenspel van de vele malen succesvollere soortgenoot.
Het album opent met Stop and Go, een opstijgende boogie-rocker die doet vermoeden met een rock ’n' roll album te maken te hebben. Maar Q.E.D. kent gelukkig veel afwisseling. Zo staan er ook enkele heel aardige ballads op, zoals het akoestische, instrumentale Thinking of You. Een aantal nummers wordt aangenaam voorzien van blazerswerk door The New York Brass, wat het niveau opkrikt tot grote hoogte. Bij tijd en wijle is het gitaarwerk van Allchin snerpend en scherp, maar dan ook weer soft en easy. In de swingende shuffle Getting Old vertelt de dokter van Jim een niet al te sympathieke boodschap ‘Your body’s twice your age son, you’d be better dead’.
Reap What You Sow is een Texasaanse boogie, heel mooi en gaaf gezongen door Allchin, ondersteund door de voortreffelijke pianiste Brooke Lizotte. Mycle Wastman neemt de vocalen voor zijn rekening op het soulvolle nummer Trust Me. Evil Hearted Woman heeft een lekker jazzy sfeertje, terwijl Come on Home warme r&b ademt, ook weer begeleid door de piano van Lizotte. Countryblues horen we in Runnin’ Away, om maar weer eens aan te geven hoe gevarieerd dit album is en steeds weer lekker in het gehoor ligt. Een van de meest sprankelende nummers op dit album had voor hetzelfde geld ook uit de koker van Carlos Santana kunnen komen; de afsluiter No Way Out.
Dit album is geproduceerd door Allchin zelf, samen met zijn drummer Ben Smith. Een aantal eersteklas studio muzikanten speelt, onder wie de al eerder genoemde Ben Smith, Lizotte, Dan Dean en Owen Gurry, Achtergrondzang wordt verzorgd door Wastman, Martin Ross en Keely Whitney (zingt ook lead op Getting Old).
Q.E.D. is een echt gitaristen-droom-album,maar het toont ook het vakmanschap van Jim Allchin’s als singer-songwriter met aangename vocale hoogstandjes. Een album dat lang in je hoofd nasuddert als je het beluisterd hebt.

zondag 15 december 2013

Maison Du Malheur

Prachtige naam voor een muziekgroepje: Maison Du Malheur. En de titel van het album mag er ook zijn: Wicked Transmissions. Bluesmuziek. En daar is niks Frans aan. Goede muziek. Eén nadeel: de zanger heeft een wat afgeknepen stem en daar moet je van houden.

zondag 1 december 2013

Justin Hulsey in een huiskamer in Tilburg-Noord

Singer-songwriter Justin Hulsey uit Kansas/Nashville/Denver gisteravond zien optreden in de huiskamer van vrienden (MM-André en eega). Een intiem decor met veertig toehoorders. Die luisterden ook echt; kom daar nog maar eens om tegenwoordig tijdens een muziekoptreden....
De 32-jarige muzikant is in zijn liedjes geen lachebekje; melancholie, weemoed en teleurstellingen in de liefde zijn zijn thema's. Hij zong en speelde met grote overgave, zichzelf begeleidend op een gitaar. In de introductie op zijn nummers toonde hij zich heel wat luchtiger dan in de liedjes zelf. En daarin bleek ook dat hij een belezen man is. Zo inspireerde een boek van Rudyard Kipling hem tot het nummer The Elephant ChildHet nummer Lucia gaat over een opdracht die hij in een tweedehands boek zag staan: 
Lucia, 
Return To Me, 
Tony
Dat hij dat boek in een winkel voor tweedehands boeken kocht, doet het ergste vermoeden voor  Tony... 
Vier albums heeft Hulsey inmiddels gemaakt. En in juni komt hij weer naar Nederland, onder meer voor een nieuwe reeks huiskamerconcerten. 
Susan van de Wal uit Diessen is zijn promoter in Nederland. En die heeft weer een bijzonder verhaal te vertellen hoe dat zo gekomen is. Wat het van alle kanten een genoegelijke avond maakte. Temeer omdat Hulsey na afloop van zijn optreden lang bleef om met iedereen van gedachten te wisselen over zijn liedjes en zijn visie op het leven. 

Zijn website: http://www.justinhulseymusic.com/

zondag 20 oktober 2013

Alabama Red – Windy City Blues



Alabama Red (Ray Curtis) is in 1927 geboren in Panola, Alabama. Daar leerde hij als jonge jongen zingen, gitaar en piano spelen en trad hij op in de kerken in diverse omliggende dorpen. In de jaren veertig verhuisde hij naar Chicago en ging daar net als Muddy Waters, Howlin’ Wolf en noem ze maar op, zijn geluk beproeven in de opkomend bluesscene. Dat was vaak knokken en vechten geblazen in die kroegen en juke joints om je hoofd boven water te houden en de agressieve dronkaards van je af te houden. 'It’s a hard life in the Ghetto' hoor je hem dan ook zingen in zijn typische Chicago-nummers op deze cd. In Chicago speelde Alabama Red met zijn eigen band behalve in blues-clubs ook in kerken. Daarnaast trad hij op tijdwens bekende blues-festivals zoals The Mississippi Blues Festival & Chicago Blues Festival. In de jaren tachtig stuurde Ray wat cassettes naar Wolf Records met zijn beste gospel- en blues-nummers en vroeg deze uit te brengen. Hij overleed in 2006 in Chicago op 79-jarige leeftijd.
Alabama Red heeft een fantastische typische Chicago-blues-stem en -stijl. Op deze verzamel-cd kun je dus luisteren naar een van de grootste Chicago-blues-vocalisten ooit. Jammer genoeg heeft Ray nooit de sterrenstatus van Howlin' Wolf of Chuck Berry kunnen bereiken. Toch luisteren we hier naar een icoon die voortreffelijk klinkt omdat opgepoetste masters van de oorspronkelijke opnames zijn gebruikt. Zowel de nummers die op de piano georiënteerd zijn als de vol elektronische nummers klinken fantastisch goed.
Dit album is een verzamelaars item eerste klas. Alabama Red sdoet niet onder voor een grootheid als Magic Slim, die ook bekend stond om zijn oorspronkelijke en zeldzame blues-opnames uit de jaren tachtig en negentig. Op een aantal nummers ('I’m ready To Go Home' en 'I Have A Friend') hoor je een magnifiek (kerk)orgeltje meespelen, daarmee wordt een lekker gospelsfeertje neergezet. Je waant je meteen in een kerkje in Chicago. Je voelt de atmosfeer!

Alabama Red – Windy City Blues tracklist:
01 – Goin’ Home For Christmas
02 – Windy City Blues
03 – I Love Texarkana
04 – Too Late
05 – Strange Feeling
06 – Ghetto Blues
07 – Lucille
08 – How Much Longer
09 – I’m Ready To Go Home
10 – I Have A Friend
11 – Help Me To Spend This Gold
12 – O Lord Help The Blind
13 – Airport Blues


Label: Wolf Records


Mojo Makers – Wait Till The Morning


Denemarken kent een uitgebreide bluesscene. Bijna ieder dorp of stad heeft wel een bluespub. In Aalborg heb je café Frederiksberg, zeker de moeite waard om te bezoeken als je toch onderweg bent voor een overtocht naar Noorwegen. In het centrum van Kopenhagen heb je de Mojo-club waar ongetwijfeld de Mojo Makers hun thuishonk hebben. Deze jonge gasten presenteren zichzelf als een band die haar inspiratie put uit de oude bluesmeesters, wat ze op smaak brengen met een vleugje soul en r&b. De leden pretenderen een unieke stijl te hebben, gestoeld op een stevige ritmesectie en een charismatische zanger (Kasper Osman), maar dat vind ik nogal hoog van de toren geblazen.
Deze cd opent met het sfeervolle 'Wait Till The Morning', waarin je je midden in de swamps van Louisiana waant, om vervolgens op het gehele album over te gaan op een poging om tot grote rock-hoogtes te stijgen, maar daar missen ze net even de klasse voor. De opening van het album correspondeert niet zo goed met de rest van de songs en dat vind ik wat jammer. Als de leadzanger zijn zang inzet in het derde nummer 'Hold On' krijg ik associaties met Watermelon Slim en lijkt het alsof de jonge Kasper Osman ook zonder gebit in zingt; hij slist er behoorlijk op los in een poging een typetje neer te zetten.
De bandleden geven aan gecharmeerd te zijn van Led Zeppelin en Free. In een aantal nummers doet de zanger dan ook verwoede pogingen om op Paul Rodgers te lijken en geeft hij daarmee aan nog steeds op zoek te zijn naar een eigen stijl. Daarmee heb ik nog niet gezegd dat we hier niet te maken hebben met een aangename stem, want zingen kan hij wel degelijk. Het zal voor West-Europeanen altijd moeilijk blijven om een werkelijke blues-identiteit uit te stralen ook al doe je nog zo goed je best en zijn je intenties integer en meen je over een diepgeworteld blues-gevoel te beschikken.
'Faster With The Gun' is een van de betere nummers, waarin gitarist Kristian Hoffman uitblinkt en ondersteund wordt door mooi stuwend B3-orgelwerk van Lars Emill Riss. 'Let Me Take You There' is ook een lekker nummer. Een ritmisch nummer in de stijl van Mick Green met funky keyboards die ondersteuning geven aan de growling vocalen van Osman. 'Light On Love' is vooral ook de moeite waard en heeft een laid back arrangement. Hier komt de zanger beter tot zijn recht. 
Al met al een aardig album en een band waar zeker progressie in kan zitten. Je hoort de bronnen en inspiratie van de muzikanten in hun muziek. Ze proberen er een eigen tintje aan te geven en zijn dus nog steeds in ontwikkeling en op zoek naar hun definitieve sound. Dus: reis je door Denemarken, doe zeker een van die bluespubs aan.
Overigens heeft het album een geweldig gave frontcover van een doorleefde blues chick op leeftijd met een Havana-sigaartje in haar smoelwerk.




1. Wait Till The Morning – Prelude
2. Wait Till The Morning
3. Hold On
4. The Devil
5. Red Lights
6. Faster With The Gun
7. Coming Home To You
8. No Good

Label Hypertension 16-09-2013

Deze recensie verscheen eerder op de website www.bluesmagazine.nl

The Excitements – Sometimes Too Much Ain’t Enough



Liefhebbers van soul, funk, stevige rhythm & blues en Tina Turner opgelet! De bezoekers van het dit jaar georganiseerde Rootsfestival in Utrecht kwamen bedrogen uit toen de The Excitements vanwege een griepje van sterzangeres Koko Jean Davis moesten afzeggen voor dit festival, maar op Festival Mundial in Tiburg een week daarvoor mocht ik nog getuige zijn van de wervelende funky en swingende act van deze Spaanse band. De Tina Turner look-a-like Koko is de topattractie van dit gezelschap. Een grote brok dynamiet komt op je af. Niet alleen omdat ze dezelfde benen als Tina heeft, maar ook dezelfde moves, attitude en strot. Ook al heeft nog een beetje de uitstraling van een jong schoolmeisje, wat een power heeft deze meid.
Begin 2010 trok deze band vanuit Barcelona als een wervelwind over de Europese podia en leverde zij een lekkere cocktail van oldskool rhythm & blues en soul. The Excitements werd opgericht door Adria Gual (ritmegitaar) en Daniel Segura (bas), veroverde in sneltreinvaart half Europa en werd een veel gevraagde festival-act. Dat de band sterk beïnvloed is door de beste afro-Amerikaanse muziek hoeven we hier niet onder stoelen of banken te schuiven, dat is overduidelijk. Maar ze slaagt er ook duidelijk in om deze sound perfect neer te zetten, met de blazerssectie (Nico Rodriguez en Marc Lloret op sax) en ritmesectie (Marc Benaiges op drums en Daniel Segura op bas) als stevig fundament.
De band komt vooral goed tot haar recht tijdens live optredens en festivals, maar met dit nieuw album mag je toch aardig meeproeven van de sfeer die ze neer weet te zetten. 'I’ve Bet and Lost Again' komt weer veel beter in je huiskamer of op je koptelefoon tot zijn recht; alsof Etta James een wederopstanding heeft. Zangeres Koko laat duidelijk niet met zich sollen. Dat blijkt wel in de nummers 'Keep Your Hands Off' en 'Don’t You Dare Tell Her'.

Wil je deze band zo gauw mogelijk een keer in levende lijve zien dan kan dat eind deze maand en begin november: 26.10 MAASTRICHT / Muziekgieterij; – 31.10 DEVENTER / Burgerweeshuis; 01.11 DEN HAAG / Paard van Troje; 02.11 HAARLEM / Patronaat

1. Keep it to Yourself
2. Ha Ha Ha
3. That’s What You Got
4. Keep Your Hands Off
5. I’ve Bet and I’ve Lost Again
6. Don’t you Dare Tell Her
7. The Hammer
8. Fisching Pole
9. Tell Me Where I Stand
10. I Beleive You
11. I found Myself A man
12. Sometimes Too Much Ain’t Enough

Label: Penniman Records

Deze recensie verscheen eerder op de website www.bluesmagazine.nl

Steve Hunter - The Manhattan Blues Project


Steve Hunter – The Manhattan Blues Project
Deacon Records 

Als we ‘Manhattan’ horen, dan denken al gauw aan tv-shows (Letterman e.d.), musicals, jazz en de immense toeristische drukte op Times Square en omgeving.Met blues associëren is dan niet het eerste dat je doet, maar op Manhattan Island is nog steeds een aantal mensen ijverig in de weer om de blues in leven te houden, onder wie Saron Grenshaw en Junior Mack en Harlem Blues Group, die hun thuisbasis hebben in de Terra Blues Club in Bleekerstraat.
Bill Sims, die samen met Junior Mack de Heritage Blues Orchestra heeft opgericht en furore maakte op het North Sea Jazz Festival in 2012 en een Grammy nominatie in de wacht sleepte, is ook al woonachtig in Manhattan. Blijkbaar toch een gebied waar nog voldoende inspiratie ligt om nieuwe bluesinitiatieven het levenslicht te laten zien.
En nu komt, voor het eerst in zijn leven, Steve Hunter met het Manhattan Blues Project. Euhhuhhh…Steve Hunter – ja, die geweldige gitarist die met zijn betoverende klanken op het album van Lou Reed 'Rock ’n Roll Animal' en het bekende intro van ‘Sweet Jane’ eigenlijk de grootste sfeerbepaler was waar New Yorker Reed zijn solocarrière mee in een stroomversnelling zette en hem in no-time tot een sterrenstatus dreef.
Het volgende album Berlin was ook nog eens vergeven van de goddelijke gitaarklanken van Hunter, een meester die zich altijd in dienst heeft gesteld van de vele groten uit de rockgeschiedenis. Naast zijn partnerschap met Lou Reed speelde hij ook mee op vijf albums van Alice Cooper, op het eerste soloalbum van zowel Peter Gabriel als Jack Bruce. In 1977 kwam hij met zijn eigen solodebuut 'Swept Away', maar daarmeemaakte hij weinig indruk in de muziekindustrie. Ook de opvolgers ('The Deacon', 'Hymns for Guitar', 'Short Stories') werden geen kaskrakers. Steve bleef daarmee lange tijd een ondergewaardeerde soloartiest, maar zeer verdienstelijk partner van Reed en Cooper.
Vanwege zijn progressief groeiende kwaal Pigment Glaucoma is Steve nagenoeg blind geworden en heeft hij de nodige obstakels moeten overwinnen om door te blijven zetten als muzikant. 
Maar nu komt hij toch op de proppen met een respectabel initiatief. Steve grijpt terug naar zijn roots en verrast en verblijdt ons met imponerend sferische, zwevende en zingende gitaarklanken. Wat een soloproject van deze dienende speler op het middenveld. Eindelijk ere wie ere toekomt! Op dit album wordt hij bijgestaan door een groot aantal prominenten, onder wie Joe Satriani, Tony Levin, Johnny Depp, Joe Perry, Marty Friedman, Michael Lee Firkins en Phil Aaberg.
Steve heeft samen gewerkt met Jason Becker, die het nummer 'Daydream By The Hudson' heeft geschreven en gearrangeerd. Dit nummer is ook als soundtrack gebruikt in de film 'Not Dead Yet'. Het album kent verder twaalf nummers die variëren van erg mellow (het intro 'Prelude to the Blues', een gitaarsolo) tot funk en blues  in het nummer '222 W 23rd', met een mooi duet met Michael Lee Firki en met background vocals van zijn vrouw Karen Hunter. En in dit nummer ook een gave slide-solo door Steve. Als je van klassieke blues shuffles houdt, kom je met het nummer 'The Brooklyn Shuffle' aan je trekken. Dit nummer doet een beetje denken aan het typische geluid van The Allman Brothers. In dit nummer ook een bijdrage van filmactuer Johnny Depp. Ik wist niet eens dat die gitaar kon spelen……
Een van de mooiste nummers op dit album is 'Twilight in Harlem'. Een typische laid-back blues groove in de stijl van J.J. Cale, waar ook snarenkunstenaar Joe Satriani zijn bijdrage aan levert.
Briljant geschreven nummers en briljant gitaarwerk op dit album. Zeker aan te bevelen voor de liefhebbers.

1. Prelude To The Blues
2. 222 W 23rd (Michael Lee Firkins and Tommy Henriksen)
3. Gramercy Park (The Karen Hunter Singers)
4. A Night At The Waldorf – (Phil Aaberg)
5. Solsbury Hill (Tony Levin)
6. Daydream By The Hudson
7. Flames At The Dakota
8. The Brooklyn Shuffle (Johnny Depp, Joe Perry)
9. What’s Going On
10. Ground Zero
11. Twilight In Harlem (Joe Satriani, Marty Friedman)
12. Sunset In Central Park (Tony Levin)



Deze recensie verscheen eerder op de website www.bluesmagazine.nl

JT Lauritsen


JT Lauritsen – Play By The rules
Label: Hunter Records

Al reizend door het mooie Noorse landschap en dan op zoek gaan naar bluesinspiratie en -sferen is een behoorlijke opgave. Niet voor niets kent hier het ECM label met zijn jazz- en new-age-acts zijn grootste afnemers omdat daar de meest voor de hand liggende associaties liggen. Voor ‘tha blues’ moet je echt beter je best doen. In Oslo en omgeving heb je nog de meeste kans van slagen.
JT Lauritsen is een echte viking uit Lillestrom en kan bij wijze van uitzondering toch de grote Noorse bluesvedette genoemd worden aangezien hij al vanaf zijn zesde levensjaar aanhanger was van de uit Mississippi en Louisiana afkomstige muziek. Het liefst speelde de jonge JT op een Hammond B3-orgel, maar omdat dat ding te zwaar was om over de Noorse fjorden te vervoeren, koos de jongeling voor een harmonica en mondharp om mee op tour te gaan. Vanaf 1991 is JT de frontman van de Buckshot Blues Band, later omgedoopt in The Buckshot Hunters. De mondharp en accordeon zijn prominent aanwezig in de blues van JT, waardoor zijn muziek toch ook wel een sterk tex-mex tintje heeft.
Heden ten dagen promoot JT zijn muziek met de slogan ‘NORWEGIAN BLUE EYED SOUL BLUES AND ROCK`N ROLL!’. Voor ‘Play by the Rules’, zijn zevende album, gaat deze slogan volledig op, want naast blues horen we heel veel andere invloeden zoals de genoemde tex-mex, zydeco en soul. Dat zorgt ervoor dat het album nergens verveelt en ieder nummer weer een verrassing is. Dit album is zowel in Memphis (Ardent Studio) en in Oslo opgenomen.
JT heeft een aardige soulstem en zijn gezang wordt er alleen maar beter op wanneer hij ondersteund wordt door de backing vocals van Teresa James & Debbie Jamison of Reba Russel. De eindmix is vervolgens weer in Memphis gedaan, waardoor het album een solide en herkenbaar karakter heeft. 
Op het album staan vijf covers ('Everyday Will Be Like A Holiday' - William Bell, 'Need My Baby' - Big Walter Horton, 'The Blues Got Me' - Bo Carlsson, 'Find My Little Girl' – George Khoury/Huey Thierry en 'Valley Of Tears' – Gillian Welch) de overige nummers zijn van de hand van JT zelf en doen zeker niet onder voor de covers.
Op dit album speelt Paul Wagnberg zeer verdienstelijk het B3-orgel; hij krijgt ook regelmatig de ruimte voor een aangename solo. Ook tovert Greg Gumpel her en der gitaarsoli tevoorschijn. Dit uit het koude en natte Noorwegen afkomstige album kan ik alle liefhebbers van harte warm aanbevelen en als JT Lauritsen door Europa en als het even kan in Nederland gaat toeren, is een concert- of festivalbezoek zeker de moeite waard.

01. Everyday Will Be Like A Holliday
02. Next Time
03. Play By The Rules
04. Need My Baby
05. Memphis Boogie
06. I’ll Never Get Over You
07. Ever Since The World Began
08. Mathilda
09. Find My Little Girl
10. Valley Of Tears
11. Eve Candy
12. The Blues Got Me

Atle Rakvåg- Bass
Ian Freddy – rhytm-gitaar
Jon Grimsby- Drums, perc.
Arnfinn Tørrisen- Slide Gitaar
Ian Frederick Johannessen – Gitaar
Iver Olav Erstad – Hammond B3 /Fender Rhodes


Deze recensie staat ook op www.bluesmagazine.nl

zondag 13 oktober 2013

Thisbe Vos

Er zijn zoveel muzikanten, groepen en zangers in de wereld als vissen in de wereldzeeën. Dus kan een liefhebber heel zijn leven lang nieuwe ontdekkingen doen, wat betreft muziek én de oceaanbevolking. Muzikale verwanten hebben mij op het spoor gezet van een hele trits artiesten waar ik nooit eerder van gehoord had en die het beluisteren zeer waard zijn. Ik zou bijna tikken: ..'en die een groter publiek verdienen'. Maar weet ik veel of ze dat al hebben...

Thisbe Vos is Nederlandse jazz-zangeres die in 2008 naar Los Angeles verkaste en daar een muzikale loopbaan heeft opgebouwd. Ze zong bij de Britse The Jive Aces, maakte in 2011 het album 'Sophistication' en in het voorjaar van dit jaar 'Under Your Spell'. Die nieuwe cd bekoort, danzij mooie volle arrangementen, de schijnbaar achteloze beheersing (als een veterane) van het liedmateriaal, de warme stem van Vos en haar overtuigende repertoirekeuze. De helft van de nummers op Under Your Spell heeft ze zelf geschreven, de overige zijn klassiekers van onder anderen Jimmy Van Heusen/Johnny Mercer en Irving Berlin. Dat haar eigen nummers daar perfect bij passen, is veelzeggend. 



zaterdag 5 oktober 2013

Ida Sand

Een heel prettige vocaliste is de Zweedse Ida Sand (Stockholm, 1977). Heel bekend is ze niet buiten haar land, zo lijkt het althans. Ze heeft drie albums gemaakt: Meet Me Around Midnight (2007), True Love (2009) en The Gospel Truth (2011). Om de twee jaar, dus eigenlijk zou er dit jaar weer een nieuwe plaat moeten volgen... 
Haar favoriete muziekgenres zijn jazz, soul en gospel; ze zegt het meest beïnvloed te zijn door Stevie Wonder, Donny Hathaway en Aretha Franklin. Het is allemaal goed te horen op haar drie albums; hoewel ze duidelijk sterker leunt op het jazz- dan het soulrepertoire. 
Elk album van Ida Sand biedt rustige luistermuziek, zonder dat de Zweedse vervalt in al te zoetsappige smooth jazz. Ze durft ook minder voor de hand liggende nummers te vertolken, zoals Like A Prayer, Bang Bang, Ventura Highway en Here Comes The Rain Again. Dat doet ze op een heel eigen manier:  aangename stem, perfecte uitspraak van het Engels, beheerst swingend, goede arrangementen en degelijke begeleiding. Mooie late-avondmuziek dus, vooral toepasselijk even voordat Mr. Sandman toeslaat...
Meer informatie over Ida Sand staat op de website Scandinavian Soul. Goede website trouwens...

Eldorado voor oude soulfans

Wie denkt een beetje thuis te zijn in soul en funk uit de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw, zal op de website Funk My Soul aardig op de neus kijken. Een team rond de Griek Nikos brengt daar bekende en vooral veel onbekende pareltjes uit die zwarte muziekgenres in de openbarenheid. Albums van onder anderen Don Bryant, Lamont Dozier, Bloodstone, Magnum, Bobby Powell en The Notations. Elke bijdrage bevat uitgebreide informatie over het betreffende album en de uitvoerende artiest. Met links naar andere bronnen. Ook zijn de albums zelf te downloaden. Nikos c.s. stopt er ook koppelingen bij naar verkopers van de muziek, zoals Amazon en eBay. 



dinsdag 11 juni 2013

Het wassende water

72 jaar is hij  en er zit maar weinig sleet op zijn stembanden. Dat is wel te horen op het nieuwe album van Eric Burdon: 'Til The River Runs Dry'. Ouderwetse mengelmoes van rock, blues en soul, maar goed, een van de nummers heet niet voor niets 'Old Habits Die Hard'. Het album is een uitroepteken in een achtenswaardige muzikale loopbaan, ook al is niet elk nummer even sterk. 


maandag 10 juni 2013

Cut the Cake..euh... Banana

Hoewel deze er ook mag zijn. Uit 1970. Instant Composers Pool. Ontwerp van Han Bennink.
Zie vorige bijdrage. 

Blue Note Artwork

De mooiste serie platenhoezen die ooit gemaakt is, moet die van het jazzlabel Blue Note zijn. Hoewel er allerlei stijlen toegepast zijn in de afgelopen decennia, is de constante een grafische, strakke en sobere vormgeving. Het is muziek om naar te kijken. De hoezen zijn zo beroemd dat er posters van gemaakt zijn. En natuurlijk boeken.



Meer platenhoezen bekijken, dat kan bijvoorbeeld hier.



MM-Johan

zondag 9 juni 2013

Snarky Puppy

Ook in de categorie 'warm aanbevolen': de Amerikaanse band Snarky Puppy. Hoewel band misschien niet de juiste omschrijving is. Snarky Puppy schijnt een collectief van zo'n man of dertig te zijn, uit de Amerikaanse staat Texas. Sinds 2005 heeft Snarky Puppy zes albums uitgebracht, waarvan ik alleen de laatste ken: GroundUP. Een aangename combinatie van jazz, funk en rock.
Gekke naam trouwens, Snarky Puppy. Volgens mij betekent het slecht gehumeurde puppy. Ach, als het beestje maar een naam heeft....

MM-Johan


Muziekman John ontdekte dit filmpje op het web. Niet elke jongeman wil op Justin Bieber lijken...

Shuggie Otis

Soul, blues en funk mengen en dan krijg je Shuggie Otis. Lang in de vergetelheid, ondertussen weer actief op podium en in de studio. Zijn laatste album heet Inspiration Information/Wings Of Love en bevat zowel oude als nieuwe muziek. Shuggie is trouwens de zoon van de legendarische Johnny Otis en componist van de klassieker Strawberry Letter 23 (bekend gemaakt door Brothers Johnson).