zaterdag 17 september 2011

Leiden in last met AC/DC

1991: de ober van mangerie De Koekop blijkt niet over dezelfde tegenwoordigheid van geest te beschikken als de bloemenkoopman eerder op de middag in een Leidse winkelstraat. Op een gegeven moment hosten er wel dertig headbangers om zijn stand. In die bonte kring van spijkerbroeken en leren jacks had de man aanvankelijk wat angstig rondgekeken, opeens zo hulpeloos afgesneden te zijn van de hem ooit omringende vriendelijke buitenwereld.

Maar hij had een opkomende boosheid tijdig weten te onderdrukken met een ingenieus gebaar: het uitdelen van bloemrestanten. En zo belandden diverse kleuren snijbloemen op denim  revers tussen speldjes en labels van Morbid Angel, Motorhead, Bitches Sin, Black Alice, Black Rose, Black Sabbath of gewoon van AC/DC. De hossende meute had zich al lallend en brallend van de bloemenverkoper losgeweekt en was in ieder geval al min of meer richting Groenoordhallen gekoerst.

De ober voelt zich geroepen ook aan andere tafeltjes ongevraagd uitleg te verschaffen over ongemeen veel hardrockers in het Leidse centrum. Lichte knikjes makend bekent hij dat het uitverkochte concert van AC/DC om 19.30 uur  zal beginnen, waardoor de Lange Mare binnen luttele ogenblikken gevrijwaard zal zijn van het gespuis. Maar het ontevreden heerschap neemt het zekere voor het onzekere en verkiest, samen met zijn tafeldame, een zitje helemaal achter in het restaurant.
De betonnen halbodem van de Groenoordhallen slobbert van bierslijk. Plastic bekers knarsen onder mijn schoenzolen, die zich bij elke stap vastzuigen in de drek. Een heerschap in driedelig grijs achter de consumptiepenningenbalie verricht met een nurks gezicht zijn handelingen, waarschijnlijk vol onbegrip over zoveel godsgruwelijke herrie. 'Wrijven helpt niet; Rennies ook niet', bromt 'ie boos.

AC/DC-gitarist Angus Young 1991 in de uitverkochte Leidse Groenoordhallen.
 Van de acht bierbekers in het draagkartonnetje zijn er drie halfleeg. Met de lenigheid van een acrobaat wring ik me de tribune weer op en tel de lange rijen. Omdat iedereen op de zitbankjes is gaan staan, schuifel ik - me zo smal mogelijk makend - tussen die rijen door. Dan hoor ik ergens laag in de verte de aankondiging van ‘Whole Lotta Rosie’. Ojee! Ik kan niet meer terug. Links, rechts, voor en achter me springt iedereen op hetzelfde moment wild op. De gammele planken tribune zwiept op en neer.
Het kartonnetje kiepert tussen het plankier…

>Lauran 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten